Na de nederlaag van 28 september vragen de belegeraars van Goes aan
Oranje om extra troepen. In de eerste week van oktober (geen exacte
datum) komt geuzenkapitein Barthold Entens met 1500 à 2000 Hoog- en
Laag Duitsers ter versterking van de belegeraars. Het betreft echter
ongeoefende en ongedisciplineerde manschappen die niet bijdragen aan de
militaire slagkracht. De belegering loopt uit op een blokkade van de
stad. Onder de belegeraars gaat het gerucht dat Tseraerts een verrader
is hetgeen voor hem aanleiding is het commando over te dragen aan Rollé
en naar Oranje te gaan om zich bij hem te verantwoorden.
Rooze-Stouthamer, De opmaat tot de Opstand 202.
Van der Woude, ′Het beleg van Goes′ 131.
11 oktober
Een vloot van 56 schepen met 2000 man aan boord en vanuit Antwerpen
onderweg naar Zuid-Beveland om Goes te ontzetten raakt zes mijl van de
stad slaags met een zestal geuzenschepen die tijdens het gevecht worden
versterkt door 40 grote schepen onder bevel van Ewoud Worst. Daarmee is
deze expeditie onder leiding van Mondragon mislukt.
Rooze-Stouthamer, De opmaat tot de Opstand 204-205.
19 oktober
Van Dirk Bloemaart (of Pluimaart) is het plan afkomstig om met een
klein leger de Schelde tussen Brabant en Zuid-Beveland te doorwaden om
het door de geuzen belegerde Goes te ontzetten. Het is aanvankelijk als
te riskant afgewezen. Bloemaart weet zijn superieuren te overtuigen
door een geschikte ondiepte te vinden (reden waarom sommigen menen dat
hij uit deze streken afkomstig moet zijn) en zelf voorop te willen
gaan. In de avond vertrekt Mondragon met een leger van 3.000 man uit
Bergen op Zoom en bereikt de oevers van de Schelde.
Bührmann De Watergeuzen 422-423.
Rooze-Stouthamer, De opmaat tot de Opstand 205-206.
https://encyclopedievanzeeland.nl/Dirk_Bloemaart
20 oktober
Onder leiding van Mondragon en met Bloemaart voorop wagen zijn troepen
de doortocht door de Schelde. Niet iedereen durft: zo′n 200 Walen
deinzen voor het water terug. ′s Avonds komen zij, met een minimum aan
verliezen, te Krabbendijke aan wal. Wat er verder van Bloemaart is
geworden is niet bekend. Dat de overtocht niet zonder gevaar is blijkt
uit het feit dat enkelen inderdaad zijn verdronken.
Bührmann De Watergeuzen 422-423.
21 oktober
Mondragon weet de volgende dag vrij snel in de stad Goes te komen. Daar
wordt hij snel de situatie meester en na een kort gevecht slaan de
geuzen overhaast op de vlucht met aanzienlijk verliezen waarvan de
schatting uiteenlopen van 200 tot 700. De belangrijkste factor voor
deze nederlaag is de verdeeldheid tussen de aanvoerders Humphrey
Gilbert en Jerome Tseraerts en het gebrek aan discipline onder de
geuzen.
Caldecott-Baird, Huurling in de Lage Landen 95.
Van Haecht, Kroniek 221.
Rooze-Stouthamer, De opmaat tot de Opstand 201-202 en 207.
26 oktober
De van Zuid-Beveland gevluchte geuzen trekken zich terug op Walcheren.
Op deze zondag vallen zij tevergeefs Arnemuiden aan. Wel worden
boerderijen en zoutketen in brand gestoken. De geuzen compenseren hun
smadelijke aftocht door brandstichtend over Walcheren van dorp tot dorp
te trekken.
Rooze-Stouthamer, De opmaat tot de Opstand 205.
Van Vloten, Middelburgs beleg en overgang 30-31.
28 oktober
Waarschijnlijk in plaats van Entens wordt Willem van Bronckhorst, heer
van Batenburg, tot luitenant-generaal van Oranje in Zeeland benoemd.