De drossaard van Stad en Land van Breda, Tseraerts, stuurt het
proces-verbaal van de 20 gevangen geuzen (zie 28/29 november) ter
beoordeling naar Alva. Hun leeftijd varieert van 21 tot 36 jaar. Bij
hun verhoor is van religieuze motieven niets gebleken.
5 en 7 december
Alva geeft bevel de 20 gevangen geuzen op te hangen.
12 december
Van de 20 geuzen eindigen er 19 hun leven aan de strop op het
Kasteelplein in tegenwoordigheid van de schout van Breda, Adam van den
Keesel. Met de laatste wordt nog even gewacht omdat hij onderdaan is
van de vrije en neutrale heerlijkheid Ravenstein.
17 december
Op bevel van Alva wordt ook de laatste van de 20 geuzen opgehangen.